Skip to main content
Home » Slaap » 1,7 miljoen Nederlanders hebben een slaapstoornis
Leven met

1,7 miljoen Nederlanders hebben een slaapstoornis

In Nederland lijden 1,7 miljoen mensen aan insomnia oftewel chronische slapeloosheid. Zij lopen een verhoogd risico op het ontwikkelen van ernstige geestelijke en lichamelijke klachten.

Eus van Someren

Prof. dr. Eus van Someren

Hoofd afdeling Slaap en Cognitie Nederlands Herseninstituut en hoogleraar integratieve neurofysiologie VU

Te weinig aandacht

“Er is veel te weinig aandacht voor onderzoek naar het ontstaan en de behandeling van slapeloosheid”, stelt professor dr. Eus van Someren, hoofd van de afdeling Slaap en Cognitie van het Nederlands Herseninstituut en hoogleraar integratieve neurofysiologie aan de VU. “Er is een aantal zaken bekend, maar dat zijn echt de eerste stapjes.”

Ernstige psychische aandoening

Slapeloosheid is niet een keertje of een tijdje slecht slapen. “Het is een ernstige psychische aandoening die duidelijk staat beschreven in het handboek voor stoornissen’, stelt Van Someren. “Wie deze diagnose krijgt, heeft moeite met in slaap vallen, moeite met doorslapen of wordt voortdurend te vroeg wakker. Dat moet tenminste driemaal per week gedurende drie maanden het geval zijn en leiden tot klachten overdag. En dat terwijl de slaapomstandigheden op zich goed zijn. In dit geval is er dus geen sprake van geluids- of lichtoverlast.”

Als insomnia niet wordt behandeld, kan dat leiden tot nog veel ernstiger aandoeningen als depressie en angststoornissen

Risicogenen

Een grote misvatting is dat slapeloosheid alleen maar ontstaat door ingrijpende levensgebeurtenissen of werkgerelateerde stress. “Er zijn risicogenen voor slapeloosheid. Je kunt echt aanleg hebben om slapeloosheid te ontwikkelen. Of je het daadwerkelijk ontwikkelt, hangt weer af van andere zaken. Stress of een ingrijpende gebeurtenis kan wel de aanleiding zijn, maar het is niet de enige oorzaak.”

Insomnia treft ook jongeren

Hoewel de kans op het ontwikkelen van chronische slapeloosheid toeneemt naarmate wij ouder worden, blijkt uit onderzoek dat ook adolescenten last hebben van insomnia. “Het is nog niet wetenschappelijk vastgesteld maar wij vermoeden dat het komt doordat jongeren veel meer prikkels ervaren dan vroeger”, vertelt Van Someren. “Stel bijvoorbeeld dat je de hele dag door, tot aan het moment dat je gaat slapen, berichtjes blijft lezen en beantwoorden op sociale media. Misschien doe je dat omdat je bang bent dat als je niet reageert, je buiten de groep ligt. Dan ervaar je stress én je brein komt niet in een rusttoestand. Dat is niet bevorderlijk voor je nachtrust. Erger nog is dat deze prikkels kennelijk slapeloosheid bevordert. Want er zijn jongeren die al dusdanig ernstige klachten hebben dat de diagnose insomnia kan worden gesteld.”

Het brein

De genen die betrokken zijn bij slapeloosheid beïnvloeden de ontwikkeling van ons brein. “Wat wij nu kunnen zeggen, is dat die genen van belang zijn bij bepaalde hersenstructuren en processen, bijvoorbeeld bij de uitlopers van zenuwcellen. Door meer onderzoek te doen, hopen wij te ontdekken waar de belangrijke verschillen liggen met het brein van mensen zonder slaapstoornis. Voor onderzoek is echter veel geld nodig en helaas wordt voor het onderzoek naar het ontstaan van slaapstoornissen maar weinig geld beschikbaar gesteld.”

Ernst aandoening wordt onderschat

“Wat de gevolgen zijn van insomnia wordt ernstig onderschat”, vindt Van Someren. “Daardoor is er te weinig geld voor onderzoek, maar er wordt ook te weinig geld besteed aan de behandeling ervan. Als insomnia niet wordt behandeld, kan dat leiden tot nog veel ernstiger aandoeningen als depressie en angststoornissen. Ook kan het een versterkend en versnellend effect hebben op de ontwikkeling van aandoeningen als diabetes en alzheimer. Behandeling van insomnia wordt echter niet vergoed, terwijl behandelingen van depressie en angststoornissen wel worden vergoed. Het lijkt mij veel slimmer om de ontwikkeling van insomnia te voorkomen door direct de slapeloosheid aan te pakken.”

Cognitieve gedragstherapie voor insomnia

Genezen is voor sommigen mogelijk maar niet voor iedereen. Er zijn wel manieren om in veel gevallen de klachten te verminderen. “Dan heb ik het niet over medicatie. Dat is alleen een kortetermijnoplossing. Gebruik je langere tijd medicatie dan word je daar afhankelijk van. Bovendien lost medicatie het probleem zelf niet op. Cognitieve gedragstherapie voor insomnia kan wel helpen. In sommige gevallen, als er sprake is van aangeleerd gedrag en de slapeloosheid is echt alleen een leerproces geweest, kun je het ook weer helemaal afleren. In de meeste gevallen zal het lukken om handvatten te krijgen waardoor je er beter mee kunt omgaan.”

Als er meer begrip is, ontstaat er meer bewustwording

Slaaprestrictie

Leren ontspannen en het brein programmeren voor rust zijn van absoluut belang. Toch is dat niet het belangrijkste onderdeel van de cognitieve gedragstherapie. “Niet te lang in bed liggen, slaaprestrictie, is de sterkste component”, aldus Van Someren. “Niet te vroeg naar bed gaan en niet te laat opstaan, ook niet als je heel slecht of maar heel kort hebt geslapen. Het klinkt als een straf maar het helpt echt als je iedere dag, ook in het weekend, op dezelfde tijd opstaat.”

Voorbereiden voor nachtrust

Het helpt ook om te achterhalen wat van invloed is op je nachtrust. “Ben je bijvoorbeeld van slag als je ruzie of een woordenwisseling hebt gehad, bewaar die gesprekken dan voor de ochtenduren. Werk je vaak ’s avonds door of ben je voor het naar bed gaan bezig met het oplossen van ingewikkelde vraagstukken, wen je dan aan om vanaf een uur of negen dat niet meer te doen. Lees in plaats daarvan een boek, doe iets wat je ontspant.”

Meer begrip

Wat voor veel mensen met insomnia extra druk oplevert, is het onbegrip. “Vrijwel iedereen verwart slapeloosheid met een keertje slecht slapen”, weet Van Someren. “Met goedbedoelde adviezen als ‘je ziet er moe uit, ga lekker vroeg naar bed’, of ‘weet je wat jij nodig hebt, een keertje lekker lachen’, schiet je helemaal niets op.

Dat je altijd moe, lusteloos of gespannen bent, komt door de chronische slapeloosheid. Het is een ernstige ziekte! Je zegt toch ook niet tegen iemand met alzheimer dat jij ook weleens een slechte dag hebt en wat vergeet? Alles begint met begrijpen wat deze ziekte met je doet. Als er meer begrip is, ontstaat er meer bewustwording. Dat kan weer leiden tot meer financiële middelen voor meer onderzoek en meer onderzoek zal op den duur leiden tot het ontdekken van behandelmogelijkheden voor deze ernstige ziekte.”

Next article