Home » Aandacht voor Neurologie » Herkennen van een beroerte
Aandacht voor Neurologie

Herkennen van een beroerte

Het is belangrijk om een beroerte te herkennen en zo snel mogelijk hulp te zoeken. Artsen kunnen dan zo snel mogelijk met een behandeling starten. 

Om een beroerte snel en goed te herkennen is er een ezelsbruggetje: mond-spraak-arm, beroerte-alarm. Je kunt een beroerte namelijk zo herkennen: 

  1.  Vraag iemand om te lachen of de tanden te laten zien en kijk dan of de mond scheef hangt (Mond). 
  2.  Laat iemand een paar zinnen zeggen en luister dan of zijn spraak in de war is of dat het niet goed verstaanbaar is (Spraak). 
  3.  Laat iemand beide armen naar voren strekken en de binnenkant van de handen naar boven draaien. Kijk of een arm wegzakt naar beneden (Arm). 

Niet iedereen heeft last van deze drie kenmerken. Let daarom ook goed op de onderstaande kenmerken van een beroerte en bel bij twijfel altijd 112 of de spoedlijn van de huisarts. 

Kenmerken van een beroerte 

Kenmerken van een beroerte ontstaan bijna altijd plotseling. De meest voorkomende kenmerken van een beroerte zijn: 

  •  Je hebt een scheve mond door (halfzijdige) verlamming in je gezicht 
  •  Je spreekt en denkt warrig 
  •  Je hebt plotselinge zwakte of verlamming in een arm of been 

Andere kenmerken kunnen zijn: 

  •  Je hebt plotseling opvallende hevige hoofdpijn en bent misselijk 
  •  Je hebt plotseling tintelingen of gevoelloosheid in delen van je lichaam 
  •  Je bent plotseling erg draaiduizelig 
  •  Je weet plotseling niet waar je bent of verward 
  •  Je hebt problemen met slikken 
  •  Je hebt plotseling problemen met je coördinatie of evenwicht waardoor je kan vallen 
  •  Je ziet opeens niet goed meer (dubbelzien, wazig zien, blindheid) 
  •  Je kunt plotseling niet meer praten of begrijpt niet goed wat anderen zeggen 

Diagnose van een beroerte 

Met bovenstaande klachten kom je vaak eerst bij de spoedeisende hulp of de huisarts. De (huis)arts onderzoekt of je kenmerken hebt van een beroerte. De huisarts kan je dan doorsturen naar het ziekenhuis. 

De arts in het ziekenhuis kan aan de buitenkant niet zien of je een herseninfarct of een hersenbloeding hebt. De klachten kunnen in beide gevallen namelijk hetzelfde zijn. Daarom wordt er zo snel mogelijk een foto, een CT-scan (Computer Tomografie) of MRI-scan (Magnetic Resonance Imaging) gemaakt van je hersenen. Op een scan kan de arts wel zien of je een herseninfarct of een hersenbloeding hebt. Zo kan deze direct besluiten welke behandeling je nodig hebt. Ook onderzoekt de arts je bloed wordt en wordt er een hartfilmpje gemaakt. 

Bij een TIA of een klein herseninfarct wordt soms een Duplex onderzoek gedaan. Dit is een geluidsonderzoek van de bloedvaten in de hals en in de nek. Hiermee kan een arts zien of een slagader vernauwd of afgesloten is. 

Oorzaken van een beroerte 

Bijna driekwart van de mensen die een beroerte krijgt, is ouder dan 65 jaar. De oorzaak van een beroerte is meestal een slechte kwaliteit van de binnenwand van de bloedvaten. In de loop van de jaren raakt de binnenwand van de bloedvaten langzaam beschadigd. Hierdoor wordt de wand dikker en kan er op die plek minder bloed doorheen. Dit proces van slijtage heet slagaderverkalking (‘atherosclerose’). Door ouderdom kunnen bloedvaten verkalken. 

Als de slagaderen verkalken, hopen er stoffen zoals cholesterol zich op in de wand van het bloedvat. De slagader raakt hierdoor langzaam verstopt en het bloed kan er op deze plek minder goed doorheen stromen. 

Ook een ongezonde levensstijl, zoals roken, kan zorgen voor verkalking en slijtage van de bloedvaten. Als je slagaderen verkalken, verzamelen vetachtige stoffen (zoals cholesterol) zich in de wand van het bloedvat. Hierdoor raakt de slagader langzaam verstopt. Door slijtage raakt de wand beschadigd. Een bloedpropje (bloedstolsel) kan daar makkelijk aan vast blijven plakken. Hierdoor wordt het bloedvat afgesloten. 

Ook kan een stukje van dit bloedstolsel losraken en een kleinere slagader verderop in de hersenen blokkeren. Dit heet een embolie. Dit kan ook gebeuren als je suikerziekte hebt, een te hoge bloeddruk of een te hoog cholesterolgehalte. Bij een deel van deze mensen komt het stolsel uit het hart. Deze mensen hebben vaak een onregelmatig hartritme. Dit onregelmatige hartritme heet ook wel boezemfibrilleren. Een hoge bloeddruk, een aneurysma en een te hoog cholesterolgehalte zijn zowel oorzaken voor een herseninfarct als een hersenbloeding. In sommige families komen hart- en vaatziekten vaker voor dan in andere families. 

Next article